Het woord zegt het eigenlijk al; ik denk en leer in beelden. Dit staat tegenover mensen die denken in woorden, de lineaire denkers. Ik kan hier een heel verhaal schrijven met informatie die je kunt vinden op internet, maar dat wil ik niet doen. Liever schrijf ik over mijn eigen ervaringen.
Vroeger op school stond er op elk rapport: Sofie droomt te veel, Sofie staart te veel naar buiten, Sofie is vaak niet bij de les. En dat klopte ook. Wat had ik een moeite met school. Maar toen wist ik niet dat ik een beelddenker bleek. Niemand wist dat, want er was nauwelijks iets over bekend. De leerstof is lineair. Je leer van A, naar B, naar C om zo in stapjes bij Z uit te komen. Z is het grote plaatje. Wat ik nog maar pas een jaar of 9 geleden heb ontdekt, is dat ik leer en denk in beelden.
Bart had al snel door dat ik anders was dan de meeste mensen die hij kende. Maar hij was gefascineerd om uit te vinden waar dat dan precies in zat. Toen Bart en ik, na héél veel praten en dingen opzoeken en uitproberen, testen doen en vooral dingen vergelijken bij elkaar (hoe werkt het dan in jouw hoofd?) uitvonden dat ik een beelddenker bleek, vielen er heel veel puzzelstukjes op zijn plaats. Voor hem, maar veel meer nog voor mij. “Aha, daarom zat ik zo te dromen op school!” En, “daarom kijk ik vaak langs hem heen als hij iets vertelt”. Daarom is het zo druk in mijn hoofd, voel ik me vaak overprikkeld, en kan ik mensen ongelofelijk goed aanvoelen. Ik ‘lees’ mensen (non-verbale communicatie). En soms komt dat niet overeen met de woorden die uit hun mond komen en dat vind ik heel verwarrend.
Ik ’zie’ wat je zegt. Echt, als jij vertelt dat je vanmiddag op het terras een dame blanche hebt gegeten en dat er een wesp op je ijs zat die je bijna mee opgegeten had, dan zie ik een filmpje van alles wat je vertelt. Maar ik zie ook het tafeltje waar je aan zit, de stoelen, de andere mensen die er zijn, ik voel de wind, de zon, de sfeer. Ik zie auto’s voorbijrijden en hoor het geroezemoes van al die andere mensen. Ook zie ik dat jij die bij wél in je mond stopt en dat die dan steekt in je mond of in je keel, hoe je door mensen op de grond wordt gelegd en dat er een ambulance moet komen om je van die nare zwelling af te helpen. Dat vertel jij mij niet, maar dat is wel wat er gebeurt in mijn hoofd. En ik kan dat nauwelijks stoppen. Die beelden komen snel, maar niet zo snel als jij kunt praten en dus kijk ik langs je heen om die beelden te kunnen zien en het filmpje te laten lopen, anders word ik afgeleid door je mond en wat daar nóg voor woorden uitkomen. Een deel van je verhaal mis ik dan. Maar als ik halverwege het maken van mijn filmpje weer iets anders hoor, dan begint het proces weer helemaal van vooraf aan. En dat is wat het zo vermoeiend voor me maakt. Al die half afgemaakte filmpjes die nog in mijn hoofd ronddwalen, kosten mij veel energie.
Het feit dat ik veel beelden zie (wat ook erg onprettig kan zijn als iemand me vertelt over een akelige ziekte of operatie), is voor Bart iets heel moois gebleken. Ik heb hem een nieuwe mooie wereld laten zien in de afgelopen jaren. En hoe hard hij ook zijn best doet, het lukt hem niet om te denken zoals ik. Het is voor mij ook niet voor te stellen hoe het dan werkt in zijn hoofd. Ik vroeg hem laatst: “als ik zeg, er zit een olifant in een boom, dan kun jij dat toch zeker zien?” Hij antwoordde toen: “Nee Sofietje, dat zie ik niet. Ik kan een boom zien en een olifant. Die beelden haal ik uit mijn herinneringen. Een olifant in een boom heb ik nog nooit gezien. Ik heb jouw fantasie niet. Ik heb wel eens een beer in een boom gezien op tv, verder kom ik niet.”
Bart, een lineair denker pur sang, die voor mij veel kan ‘vertalen’ wat voor mij, tot nu toe, in deze wereld verwarrend en vreemd was. Hij is zó slim dat hij mij wél snapt en dus ook vaak met pen en papier aankomt om te tekenen wat hij wil zeggen. Zo fijn is dat! We zijn inmiddels een geolied team en ik ben blij dat éindelijk iemand mij begrijpt. Wat niet wegneemt dat we ook wel eens botsen omdat we simpelweg niet hetzelfde denken (te zien) als de ander.
Het is dus chaotisch in mijn hoofd, maar het is prettig chaotisch. Als ik een vlinder door de tuin zie dwarrelen, onrustig van links naar rechts, naar boven en beneden, dan vergelijk ik dat met mijn gedachten. Ik zie beelden, filmpjes, tekeningen, en plaatjes. Ik voel intens, ik hoor en ruik intens. Ik heb mijn eigen woordenschat, en dat kan nog wel eens afwijken van wat we lezen in De Dikke Van Dalen. Ik bied hiervoor nu al mijn excuses aan. Soms zul je deze dingen in mijn verhalen tegenkomen. Ik hoop dan dat deze uitleg je een beetje op weg helpt me beter te begrijpen.