Oef, vallen bij jullie ook de blaadjes van de bomen? Het is
erg warm en dat zijn we weer even niet gewend. Wij hebben twee prachtige eiken.
Een Amerikaanse versie van een dikke 40 jaar in onze tuin, en een inheemse van
ruim 50 jaar in onze wei (plus die van de buurman die voor de helft over de
andere kant van de wei helt) die al vroeg begonnen met eikeltjes dumpen.
Eerst
nog van die schattige baby-eikeltjes aan die mini-stokjes, maar nu van die
echte doe-je-pet-maar-op-als-je-onder-de-eik-loopt exemplaren.
Wanneer ik, op mijn gemakje, met de paardenpoepschep (je hebt geen idee wat er
dagelijks uit drie Duitse herders komt) en het harkje onder de boom loop, wat
ik in de wei toch het meest probeer want schaduw, dan hoor ik de grote groene
(en soms al bruine) eikels, een split-second voordat ze vallen, tussen de
blaadjes naar beneden ruisen. Als ik dat geruis hoor, bevries ik, trek ik mijn
schouders op en knijp ik mijn ogen dicht alsof er hagelstenen uit de lucht
vallen. Dat is effectief niet het geval, maar geloof me, zo voelt het wel.
De honden leggen die link nog steeds niet. Als er geruis komt, dat je dan een
eikel op je kop (of lijf) kunt krijgen, is een volstrekt onlogisch oorzaak en
gevolg-dingetje. Falco kan mij zo raar aankijken als ik in mijn
bevries-en-wacht-af modus spring.
Ooit heb ik één keer gezien dat er een eikel
op Irati haar kopje viel. Ze keek me verbaasd aan, het klonk heel hol eerlijk
gezegd, waarmee ik helemaal niets wil impliceren, maar het leek haar niet zo te
deren. Om de een of andere manier vallen die eikels eerder op mij dan op hun,
wat ik heel vreemd vind omdat ik een minder groot oppervlakte ben, vanuit de
hemel gezien. Maar het lijkt alsof de eik het een sport vindt om precies te
mikken op een rustig wandelend propje met een gigantische poepschep. Het doet
pijn zal ik je zeggen, maar ik moet dan ook wel glimlachen als ik onze grote
volwassen eik in mijn hoofd zie schuddebuiken van het lachen. Och, hoelang
duurt die periode nou helemaal dat hij zich uit mag leven op mij?
Nou, dat is het hem nou juist, steeds langer is die periode, nu we zo’n droge
en warme zomers hebben. Al weken geleden begonnen de baby’tjes te vallen en nu
al de grote jongens. Het is nog middenin de zomer, maar de majestueuze eik kan
zijn vruchten niet langer vasthouden omdat hij anders zelf niet overleeft. De
mooie groene blaadjes worden geel en als er dan een zuchtje wind is, dan zien
we een regen van uitgedroogde gele blaadjes door de wei dwarrelen. Het klopt
niet. Ik voel mee met de bomen en de planten.
En tegelijkertijd ben ik boos op de eik in de wei. Helemaal onterecht, dat weet
ik wel.
Maar deze reus, waar wij negen jaar lang elke dag, en in elk seizoen,
van genoten hebben, is nu een gewéldige bron van irritatie geworden. Niet omdat
hij rupsen heeft (want die heeft hij nooit, wij hebben een hele propere,
zichzelf respecterende eik) of omdat hij na negen jaar de perfecte timing heeft
gevonden om feilloos eikels om mijn hoofd te deponeren.
Nee, het zijn de smakelijke eikels die hij nu al weken verliest, die een
onweerstaanbare aantrekkingskracht hebben op onze twee Spaanse Donna’s.
Andra en Irati, hebben we nu wel gemerkt, hebben hun hele leven slecht te eten
gehad en moesten om hun pijnlijk knorrende maag te vullen, dan maar toevlucht
nemen tot de aarde. Gras, zand, wortels van planten, takjes, hout, mos,
afgereden gras en potgrond vullen ook, hebben ze een dikke 10 jaar gemerkt. Ze
zien niet meer zo goed en horen Oost-Indisch, maar hun neus werkt als geen
ander. Méga goed ontwikkeld.
Nu is het zo dat Andra, liefkozend ‘betonblokje’ genoemd, haar eten keurig op
eet, en daarna gaat ‘snacken’ in de tuin en in de wei. Of in de bloempotten in
de tuin, waar nauwelijks nog aarde in zit, en dus hangen er nu lange gele en bruine,
uitgedroogde slierten over de randen van onze bloempotten. Andra sjokt zes,
zeven keer per dag naar buiten en snackt erop los, en ik loop verwoed achter
haar aan om haar erop te wijzen dat wij dat hier in België niet zo appreciëren.
Maar Andra blijft stoïcijns doorgaan onder het mom van ik-hoor-je-toch-niet. Ik
heb het gevoel de hele dag te lopen mopperen op haar.
Ik legde steentjes in de bloembakken, zette stukken tuin af met een oud wasrekje
(waar ik dan dus ook nog kippengaas tussen moest binden omdat ze er alsnog met
haar snuit tussen kon), legde stukken touw, waar ze toch niet mee spelen, langs
de rand van de grote bloembak, en zette uiteindelijk een grote afvalton voor
tuinafval, omgekeerd over de enige overgebleven bloempot, waardoor het plantje
nu al weken geen licht heeft en dus waarschijnlijk ook niet groeit, maar op
zijn minst blijft de potaarde gewoon in de pot en niet in de maag van mijn
hond.
Andra noemen we dus liefkozen; ons betonblokje. Dat is gekomen omdat; wát er
ook ingaat, het komt in de vorm van een drolletje eruit. Ze heeft een maag van
staal en ingewanden van beton. Ze wordt nergens ziek van. Ze heeft een zeer
pijnlijk lijfje, maar ze is verder nooit ziek. Bovendien heeft ze al zó lang
voor haar ‘eigen eten’ moeten zorgen dat het voor altijd in haar hersenen zit
geprogrammeerd. Of ze hier nu goed en voldoende te eten krijgt, ze blijft dat
gedrag vertonen.
De drinkbakken binnen (twee stuks) moet ik zonder overdrijven, zes tot zeven
keer per dag verschonen, omdat madam wél graag, na een hapje zand of potgrond,
haar bek wil komen spoelen binnen, want dat zand dat slikt zo moeilijk weg.
Irati is een heel ander verhaal. Irati haar spijsvertering is extreem gevoelig.
Ze is al drie keer door het oog van de naald gekropen. Ze heeft alle
onderzoeken die je maar kunt bedenken, gehad. Ze heeft speciaal voer en een
poedertje á la pro-biotica, en mag geen snoepjes. Als we dat niet doen, lijkt
het alsof ze haar eigen ingewanden eruit poept (en spuugt). Verschrikkelijk
zielig. Bloed overal, buiten én binnen. Dus we zijn heel erg voorzichtig.
Zij niet. Ze legt ook niet de link met slecht eten en doodziek worden. Dus
moeten wij daarvoor zorgen.
En daar komt mijn haat-liefde verhouding met de statige eik weer om de hoek
kijken. Want buiten de hele rits snackjes die ik beschreef, komen daar nu al
weken ook eikeltjes bij.
Als Bart en ik buiten onder de parasol zitten te ontspannen, en we horen
“crunch-crunch-crunch” dan weten we dat Andra in de wei ligt(!) en alle
eikeltjes om haar heen, naar binnen aan het werken is. We schieten dan overeind
en rennen naar de wei waar ons betonblokje ons verliefd aan ligt te kijken met
de zwarte potgrond en de scherfjes eikel nog tussen haar tanden. “Hallo
vrouwtje!!!”
“Andra”, roep ik dan boos, “die eikeltjes zijn hartstikke giftig!” Ze blijft me
verliefd aankijken.
Je zou dan denken; ‘doe dat hek naar de wei dan dicht, Sofie’, maar dat gaat
niet want Andra gaat dus ook zes tot zeven keer per dag poepen (vandaar mijn
paardenpoepschep). En wij hebben toch het liefst dat ze dat in de wei doet en
niet in de tuin. Bovendien is de eik zó breed dat hij voor een deel in de tuin
hangt.
Voor Irati heb ik een balletje gevonden waar ze helemaal dol op is en die ze bewaakt met lijf en leden en het liefst van alles in haar bek bewaard, voor de zekerheid. Dus bij haar is dat snacken een beetje afgenomen de laatste paar maanden.
Tótdat de eikeltjes in een rap tempo begonnen te vallen. Bij
elke ‘plof’ die de honden hoorden, vlogen ze naar de wei. Irati zag dat Andra
die met veel smaak verorberde en toen besloot ze het ook eens te proeven.
Nou, ik zal jullie de details besparen, maar émmers sop, rollen keukenpapier en
diverse hondenmatjes en matrasjes bij het grofvuil later, was ze er gelukkig
weer doorheen. Ons met een angstig hart achterlatend.
Ik ben zo ontzettend gek op Irati. Zij is de knuffelkont die ik nooit had. Zij
is heel erg grappig en is altijd waar ik ben. Ze ligt nu ik dit stukje aan het
schrijven ben, achter mij, tegen mijn stoel aan. Ik durf niet te bewegen. Ik
had het al zo getroffen met mijn gekke labrador Jessie, mijn trouwe Duitse
herder Senna, en de zeer kalme Falco.
Nu heb ik een hondje dat mijn ziel helpt
helen. Ik weet zeker dat Senna haar heeft gestuurd. Ze is zo’n blijerd, en ik
dus ook wanneer ik haar om me heen heb. Ik wil haar niet kwijt. Ik wil haar nog
zoveel liefde geven. En ik weet zeker, zij mij ook.
Het is daarom dat het zo’n grote frustratie is. Ik hou van onze mooie oude
inheemse eik. Maar nu hij zo’n groot deel van het jaar zijn eikeltjes verliest
en daarmee kleine tijdbommetjes voor mijn honden op de grond deponeert, vind ik
hem even helemaal niet leuk meer. We hebben zoveel ruimte buiten! Een grote
tuin en een volledig omheinde wei. En nu kan ik ze niet eens meer los laten
lopen. Ik moet overal op voorzien zijn en telkens ogen in mijn rug hebben. Ik
heb op aanraden van een paar mensen, snuitjes besteld. Dan kunnen ze niet meer
snacken. Dat wil ik eigenlijk helemaal niet, maar ik raak zo gefrustreerd van
de angst dat ik ergens iets mis en dat het dan helemaal misgaat met Irati….