Troela


Ik heb al eens eerder verteld over Troela. Het irritante, snerende, zelfvertrouwen-onderuithalende stemmetje in mijn hoofd. Ze is in het verleden blijven hangen en voedt zich met nare dingen, opmerkingen en situaties die me ooit zijn overkomen. Ze probeert mij doelbewust te plagen met woorden, herinneringen, beelden en gevoelens die ik ooit van mensen om me heen kreeg. Of van dingen die ik mezelf eigen had gemaakt in periodes van extreme onzekerheid en angst. Soms fluistert ze herhalend nare zinnetjes en soms tettert ze in mijn hoofd als een Vuvuzela op steroïden. “Je bent dom Sofie, je zult het nooit ver schoppen Sofie, niemand zal je écht leren kennen Sofie, mensen nemen je niet serieus Sofie, je bent kleinzerig Sofie, jij bent niet dapper en mooi en sterk genoeg Sofie”.

En dat zijn nog de minst erge dingen die ze zegt. De rest bespaar ik je, maar Troela’s arsenaal lijkt eindeloos.

En over het algemeen, zeker sinds ik Bart heb ontmoet, bleef Troela op een zekere afstand. Ik kreeg namelijk meer zelfvertrouwen, vond mezelf steeds meer de moeite waard en omdat eindelijk iemand mij écht zag en naar me luisterde en de juiste vragen stelde, bloeide ik open en kon ik Troela meer naar de achtergrond duwen.

Alleen in periodes van onzekerheid en angst, waarbij het leven zich even van een nare kant liet zien, zag Troela gaten vallen in mijn mooie verdedigingswerken en perste ze al haar negatieve gedoe door die gaten naar de voorgrond van mijn bewustzijn. Dan kwetste ze mijn gevoel en blokkeerde ze pijnlijk mijn gevoelige lichaam en het beeldend vermogen van mijn mooie, fantasievolle, inlevende en vrolijke brein.

En toen kreeg ik borstkanker en moest ik mijn weg daarin vinden.

Ik moest mijn gevoel uitschakelen om te overleven. Alles ging dicht.

Ik zie mezelf als een waterlelie (net als in het sprookje van Koningin Fabiola in de Efteling). De mooie open gespreide roze bloem sloot helemaal. Een dikke knop die máándenlang niet meer openging. Helaas creëerde ik daarmee een perfecte biotoop voor Troela om in al haar hevigheid toe te slaan.

“Zie je wel Sofie, je bent niet sterk, je bent niet dapper, andere mensen doen het veel beter, je kwetst iedereen in je omgeving, is dat wie je wil zijn? Ik wist het wel, je bent zwak, lelijk en kaal, je wordt vast nooit meer de oude. Iedereen zegt, je komt er sterker uit, maar niet jij Sofie, jij niet. Daar zorg ik wel voor. Wandelen, schrijven, op vakantie gaan, spelen met je honden, de lieve echtgenoot, dochter, zus, schoonzus, vriendin zijn, dansend door het leven als voorheen, het is verleden tijd. Ik creëer een prachtig groot zwart gat en daar val jij in en dat gaat je verorberen. Je komt daar nooit meer uit. Het leven heeft voor jou geen zin meer. Ik zorg voor pijn, verdriet, onzekerheid. Voor onweer, bliksem en voor uitzichtloosheid”.

Troela won. Toch voor een hele lange tijd.

Tot ik op een dag een keuze maakte. Ik weet niet waar het vandaan kwam. Ergens ging er iets open. Misschien spartelde het mooie danseresje heel hard rond in de verstikkende knop van de waterlelie. Het danseresje had zich schrap gezet en duwde en duwde, tot één van de blaadjes langzaam bewoog en er een minuscuul straaltje zon naar binnen viel. Het gaf het danseresje energie. Energie om te roepen, om te smeken. Stóp met die medicatie! Stóp met die rotzooi! Het is niet goed voor je.

En toen ik eenmaal die keuze had gemaakt en het straaltje zonlicht het danseresje meer en meer verwarmde, kreeg ze meer kracht. Ze duwde tegen alle blaadjes, ze had het door. Opwarmen, vechten, opwarmen, vechten, opwarmen, vechten.

Het werd makkelijker de blaadjes weg te duwen. Ik hoorde zachtjes de muziek. Ik hield van die muziek, ik hou van die muziek! Het werd mooier en luider. Ik werd sterker en sterker. Ik wilde Troela wat anders vertellen. Ik vocht met haar, ik hield mijn oren dicht als ze probeerde de bloem weer dicht te duwen met haar nare, intens gemene stem. Ik trok aan haar haar, ik sloeg tegen haar ogen, ik brulde boven haar uit.

Ik wil leven, ik wil genieten, ik wil voelen, zingen, dansen! Ik wil liefde geven, ik heb liefde nodig! Ik gá leven, ik gá genieten, ik gá dansen en zingen en wandelen en spelen! De waterlelie ging verder open.

Ik werd sterker en sterker. Niet meteen lichamelijk maar wel geestelijk. Het licht gutste naar binnen en de blaadjes van de waterlelie gingen verder en verder open.

Hoe meer licht, hoe meer ruimte. Ik kon weer bewegen, ik kon ademen en ik wilde niets liever dan Troela haar ongelijk bewijzen. Ik begon te dansen en Troela vloekte.

Mijn verdedigingswerken worden langzaam opnieuw in elkaar getimmerd en versterkt. Het is nog niet klaar, de waterlelie is nog niet helemaal open. Maar er is ruimte om te bewegen, om te dansen en om te genieten van de muziek. Ik krijg weer lucht en geniet van het zonnetje. Troela wordt stiller en stiller. Ze had het niet zien aankomen. Ze dacht te winnen, sterker te zijn, me te overladen met ellende, me te verstikken in mijn eigen knop.

Het dringt langzaam tot me door. Ik dacht dat ik de waterlelie was. De mooie open roze bloem. Maar dat is niet zo. Of misschien wel, en is het danseresje mijn kracht en heb ik dat nooit geweten. Maar nu weet ik het wel. En ik zal mijn leven blijven vechten om haar te beschermen tegen Troela.

Meest recente posts

Inschrijven nieuwsbrief

Wil je mijn blog via e-mail ontvangen, zodat je zeker niets mist? Laat dan hier je e-mailadres achter. Dan word je als eerste op de hoogte gebracht van de laatste nieuwe blogs!

In de kijker

Berichtje achterlaten?

Wanneer je jezelf herkent in mijn blogs, als je een vraag hebt óf als je iets met me wil delen, dan zou ik het heel leuk vinden als je me een berichtje stuurt. Ik waardeer het contact met mijn lezers enorm.

Schrijf bericht
}